Altijd op zoek naar talent

Net zoals elke betaald voetbalclub heeft FC Dordrecht ook een eigen team van scouts. Een term die je vast wel bekend voorkomt. Je hebt scouts in de padvinderij en scouts in de voetballerij, ze hebben met elkaar gemeen dat ze verkennen. Waar de padvinders met een groep de natuur in trekken, zijn voetbalscouts vaak alleen op pad op zoek naar dat ene talent.

In totaal lopen er negen scouts rond bij FC Dordrecht, zes voor de jeugdteams en drie voor de beloften, het eerste en teamscouting. Gerrit de Bruijn, John de Jager en Murat Bilici zijn verantwoordelijk voor de laatste categorie voetballers. Gerrit is al bijna dertig jaar als scout actief, John een jaar of tien en Murat is nog een groentje met zijn vier jaar ervaring. Alle drie zijn ze begonnen als voetballer en alle drie konden ze geen afscheid nemen van het spelletje. Als scout doen ze het veldwerk voor de technische staf; ze bezoeken wedstrijden, schrijven rapporten over elke speler die ze hebben zien voetballen en ze stellen aan de hand van de rapporten verlanglijstjes op.

Een scout word je niet omdat het je wel leuk lijkt, een scout wordt je wanneer voetbal je leven beheerst. Een scout staat op met de gedachte dat er ergens een geweldige voetballer rondloopt die niemand nog opgemerkt heeft. Gezegend met een enorme voetbalkennis probeert hij de grootste vis uit een klein vijvertje te vissen. Er zijn namelijk meer mensen aan het hengelen met hetzelfde doel; die voetballer vinden waar de supporters voor naar het stadion komen. En wanneer dat lukt blijven ze nog steeds op de achtergrond, het applaus is bestemd voor de vedettes. “De meeste jongens weten niet eens dat ze door ons zijn ontdekt, dat hoeft ook niet,“ vertelt Murat. Hij is tevreden met zijn dienende rol. “Het is ook helemaal niet handig om persoonlijk contact met ze te hebben, dan raak je teveel betrokken bij de speler en je werkt voor de club”

“We doen dit echt voor ons plezier, want geld verdienen we niet,” Gerrit, de meest ervaren scout van de drie neemt het woord. “We hebben een leuke groep scouts en we vinden ons werk leuk om te doen. Was dat niet het geval dan was ik wel bij club gaan werken waar wel budget is.” Gerrit snijdt daar een belangrijk punt aan; geld. Bij FC Dordrecht is daar niet veel van, dat maakt hun werk lastig maar geeft ook meer voldoening, want winkelen met een volle portemonnee is geen kunst.

Zo hadden ze een jaar of zeven geleden ene Luc Castaignos opgemerkt, hij speelde toen bij Excelsior ’20 in Schiedam. Graag hadden ze hem binnen gehaald helaas was het niet mogelijk. Was er nou een budget geweest dan werd Luc gewoon elke dag van school naar Dordrecht gereden maar er was geen geld, dus ook geen Luc.

Gelukkig zijn er ook succesverhalen, spelers als Rijsdijk, Lima en Garry Mendes Rodrigues bijvoorbeeld. Zij kwamen in de grote database terecht die de heren zorgvuldig bijhouden. Voor elke positie hebben ze minimaal vijf/zes spelers op hun lijstje staan. Aan de technische staf om te beoordelen of ze bij Dordrecht passen en of ze bereid zijn om ervaring op te doen in de bescheiden Jupiler League. Het is tenslotte een prima opstapje voor de grotere stadions.

Inmiddels zijn de heren druk bezig met de voorbereiding van aankomend seizoen. John de Jager meldde tussen en neus en lippen door dat er twee Belgische scouts zijn aangesteld om voor FC Dordrecht ook over de landsgrenzen te speuren naar ongekend talent.

Namen willen en kunnen ze niet noemen maar aan de glunderende gezichten valt af te lezen dat we ons op kunnen maken voor een mooi voetbalseizoen.

Tekst en foto: Elisa Kuster

’24 & ’25 collectie
de nieuwe tenues

Shop
Nu

’24 & ’25 collectie

Shop
Nu

De nieuwste tenues

Shop
Nu