Ontmoet Nicolas Rossi
Nicolás Rossi maakte afgelopen zomer de overstap van Bellinzona naar de Krommedijk. Na een aantal wedstrijden op de bank is de Uruguayaanse linksbuiten nu basisspeler in het elftal van Dirk Kuyt. Maar wie is deze behendige dribbelaar eigenlijk? “Ik ben een normale jongen, maar één met grote dromen.”
Naam: Nicolás David Rossi Marachlián
Geboortedatum: 21 maart 2002
Leeftijd: 23 jaar
Nationaliteit: Uruguayaans
Geboorteplaats: Montevideo
Lengte: 1,78 m
Positie: Linksbuiten
Opgroeien in Montevideo
Nicolás Rossi (23) werd geboren op 21 februari 2002 en groeide op in Montevideo. De Uruguayaan had een goede jeugd in de hoofdstad van het land. “Ik kom niet uit een echte voetbalfamilie, maar de televisie stond altijd aan”, begint hij. “In Uruguay is voetbal de belangrijkste sport: het eerste wat kinderen krijgen als ze geboren worden, is een bal.”
Ook Rossi en zijn broer kregen bij de geboorte een voetbal, maar werden niet gepusht door hun ouders om profvoetballer te worden. “Ik hield gewoon van spelen sinds ik me kan herinneren. De jaren gingen voorbij en ik speel nog steeds.” Hetzelfde geldt voor zijn broer Diego, die momenteel in Amerika bij Columbus Crew speelt. “Onze band is heel goed”, vertelt hij. “We kijken elkaars wedstrijden en hebben veel contact. Natuurlijk is het anders dan thuis, omdat we ver van elkaar wonen. Maar als we elkaar zien, is het alsof we nooit uit elkaar zijn geweest.”
Door het leeftijdsverschil van vier jaar speelden de gebroeders Rossi nooit samen in een team, behalve op straat, waar leeftijd geen rol speelde. “De grootste les die hij me leerde, was hoe je moet opstaan nadat er iets fout is gegaan. Elke keer als hem iets slechts overkwam, wist hij dat te overwinnen. Dat heeft me geïnspireerd en gemaakt tot wie ik nu ben.”

Spelen voor Penarol
Nicolás Rossi maakte op negentienjarige leeftijd zijn debuut voor de grootste club van Uruguay. De druk was groot, want hij trad al op jonge leeftijd in de voetsporen van zijn oudere broer Diego. “Op dat moment dacht ik daar niet aan, ik dacht alleen aan spelen. Ik genoot van het moment, want wat mij toen overkwam is een droom voor iedere tiener in Uruguay.”
“Er waren verwachtingen van mij, dat is normaal. Peñarol is de grootste club van het land, maar ik voelde verder geen druk”, vertelt hij. Op zijn eerste doelpunt hoefde Rossi niet lang te wachten. “Dat was in een thuiswedstrijd tegen Boston River. Ik herinner me die goal nog goed, een van de mooiste herinneringen die ik heb aan die gekke tijd.”
Die intense ervaring zette zich voort buiten het veld. “Ik herinner me dat wij als spelersgroep opeens oog-in-oog stonden met de leider van onze supportersgroep. Ze braken het trainingscomplex binnen en bestormden het veld. Ze spraken over hoe belangrijk het was om te winnen van Nacional.”
Maar ook de wedstrijd in de Copa Libertadores tegen Flamenco zal Rossi voor altijd bijblijven. “Dat was echt pure chaos. Er waren mensen binnengedrongen zonder kaartje, overal was rook en fakkels. Ik kon het veld niet eens zien. De sfeer was echt waanzinnig.”
Toch zit er ook een keerzijde aan, legt Rossi uit. “In Zuid-Amerika zijn er veel problemen op de tribunes: te veel mensen en ook veel onrust. Ik herinner me dat er eens iemand van de tribune viel. Dat is een heel andere wereld dan hier.” Volgens Rossi ligt het grootste verschil in de manier waarop mensen voetbal beleven. “Voetbal is daar bijna een levenswijze. Mensen kunnen het niet loslaten. Ze denken niet: ‘We hebben verloren, maakt niet uit, morgen ga ik weer werken.’ Nee, ze blijven boos tot de volgende wedstrijd.”
“In Nederland wil men winnen met mooi voetbal, maar in Uruguay gaat het puur om het resultaat”, vervolgt hij. Bij Peñarol zaten gemiddeld 40.000 mensen op de tribune. “Dat is natuurlijk wel even anders dan hier, maar dat betekent niet dat de supporters hier minder goed zijn. De fans daar zijn extreem gepassioneerd, dat komt door de cultuur. Hier tonen mensen hun steun op een andere manier. Soms heb ik juist liever de Dordrecht-fans, omdat ik hun persoonlijke steun echt voel.”

Overstap naar Europa
Op 22-jarige leeftijd liet Rossi zijn vertrouwde thuishaven achter zich om voor het Zwitserse Bellinzona te gaan spelen. “Ik voelde dat mijn periode bij Peñarol voorbij was. Ik speelde niet, terwijl ik dat wel nodig had voor mijn ontwikkeling. Om een goede speler te worden moest ik minuten maken, niet een paar wedstrijden maar gewoon een heel seizoen.”
De stap naar Europa was groot. “Ik sprak wel een beetje Engels, maar niet veel. Op het begin was ik alleen, maar later kwam mijn vriendin ook. Haar aanwezigheid maakte een groot verschil.” Uiteindelijk speelde de Uruguayaan voor Bellinzona slechts negen duels en gaf daarin één assist. Na een tegenvallend half jaar in het Zwitserse alpendorpje maakte hij de overstap naar FC Dordrecht.
Eenmaal aangekomen in Dordt voelde Rossi zich meteen op zijn gemak. “Het leven hier is heel goed en de stad is erg mooi. Het is veel kleiner dan Montevideo, maar wel heel warm. De mensen zijn super gastvrij.” Ook zijn vrije tijd besteed hij goed. “Ik speel veel PlayStation met teamgenoten en binnenkort ga ik met Stéphano en Lawson naar een concert van een Mexicaanse artiest die komt.”

Ambitieus
Voor Rossi begon het seizoen op de bank, maar de afgelopen weken heeft de Uruguayaan zich ontwikkeld tot een vaste waarde in de basisformatie van Kuyt. “Ik voel me goed, al weet ik dat ik nog beter kan worden”, vertelt hij. “Mijn doel is om een vaste basisspeler te zijn en belangrijk te zijn voor het team met mijn acties.” Tegen RKC gaf Rossi op Yannick Eduardo zijn eerste assist van het seizoen, al verloren de Schapekoppen die wedstrijd. “Je kunt niet elke wedstrijd winnen, maar we zitten in een proces dat groter is dan alleen resultaten. Het is een langetermijntraject, en daar hoort ook verliezen bij”, legt hij uit. Zijn ambitie is duidelijk: “Promoveren naar de Eredivisie. Ik denk dat we op de goede weg zijn. We nemen het heel serieus en hebben een goede kans.”
Juist dat langetermijnproces was voor Rossi een belangrijke reden om voor FC Dordrecht te kiezen. “Ik voel me prettig bij de club en bij de manier van werken, maar wat ik vooral waardeer is de koers die de club heeft ingezet. Natuurlijk verlies of speel je weleens gelijk, maar er is een duidelijke visie, en dat geeft vertrouwen.”

Kuyt als trainer
Onderdeel van de warme sfeer aan de Krommedijk is zijn trainer Dirk Kuyt. De 45-jarige hoofdtrainer heeft als voetballer zijn sporen ruimschoots verdiend en ook Rossi is met Kuyt op televisie opgegroeid, toch? “Eigenlijk niet”, onthult de Zuid-Amerikaan. “Europees voetbal werd niet veel uitgezonden in Uruguay, dus ik kende Kuyt alleen omdat hij op het WK 2010 in de halve finale tegen Uruguay speelde. Die wedstrijd doet nog steeds pijn”, lacht hij. Ondanks die valse start in 2010 is de band tussen Rossi en Kuyt nu sterk. “Ik ben blij dat hij me opstelt. Hij is een hele goede trainer die oog heeft voor het persoonlijke.”
Naast Kuyt is Rossi ook blij met de supporters aan de Krommedijk. “Ik wil jullie bedanken voor jullie steun, vooral tijdens de wedstrijden waarin het wat minder gaat. Ik geef elke wedstrijd 100%. Ik ben niet hier om er gewoon te zijn, nee. Ik wil grotere dingen bereiken met FC Dordrecht.”




















